In 2015 hebben we een van onze oudste dromen kunnen verwezenlijken door een tuin van 950 vierkante meter te kopen in Twekkelo en onze bostuin op te schalen naar een voedselbos dat op den duur in de behoeftes van ons gezin kan voorzien. Hierbij het ontwerp met wat uitleg:
De kavel is ongeveer 21 meter breed en 46 meter lang. We zitten op zandgrond, die op zich niet erg voedzaam is, maar de teeltlaag is diep. De hele kavel krijgt volop zon. Aan de westkant grenst de tuin aan een zandweg, aan de noordkant aan een smal pad. Onze buren aan de westkant zijn ook een voedselbos aan het ontwikkelen en we hebben overlegd over de keuze van rassen om voor optimale bestuiving te zorgen. Bovendien houden zij bijen en dat is natuurlijk ook erg fijn voor de bestuiving van onze gewassen.
Toen we de kavel kochten, waren er drie bomen die we hebben besloten te houden: een grote hazelaar in het midden van de tuin (die veel impact op het ontwerp heeft gehad), een hoogstam peer en een halfstam pruim. We hebben inmiddels veel andere soorten en rassen toegevoegd om voor een lang oogstseizoen te zorgen. Bijvoorbeeld van de appel, die vanwege zijn lange houdbaarheid voor ons de belangrijkste vrucht is, hebben we 8 verschillende rassen – van vroege tot lang houdbare winterappels, zowel oude als moderne variëteiten.
Langs de twee kanten die aan het pad/de zandweg grenzen, hebben we een gemengde fruithaag aangeplant van o.a. sleedoorn, gele kornoelje, vlier, appelbes en duindoorn (een stikstofbinder). Deze haag zal meerdere functies vervullen, zoals zorgen voor meer privacy, windbreker, voedsel voor ons en voor dieren, nestgelegenheid voor vogels, bron van nectar voor bijen en andere insecten.
Aan de zonnige zuidkant van de kavel hebben we een moestuin ingericht met verhoogde, niet gespitte bedden en ernaast een permacultuur-variatie op de cottage garden – een mix van bessenstruiken, kruiden, eetbare bloemen en snijbloemen. Hier staat ook onze kas die het hele jaar gebruikt wordt.
Hierachter hebben we een vijver gemaakt (waarin volop eetbare waterplanten groeien) en erachter een heuvelbed. In het heuvelbed zijn alle stronkjes en takken verwerkt van het opruimen van de kavel (+ snoeimateriaal uit tuinen van vrienden). Dit werd bedekt met het zand dat vrijkwam bij het graven van de vijver. Tussen de vijver en het heuvelbed ontstaat een warm en beschut microklimaat waarin we warmteminnende fruitbomen kunnen planten: een perzik en een abrikoos. Het water fungeert als een warmtebuffer en het heuvelbed met beplanting geeft beschutting tegen koude wind uit het noordoosten.
Vanaf het zuiden naar het noorden gaat de beplanting van laag naar hoog, van arbeidsintensief naar onderhoudsarm. De hoogste boom in onze tuin wordt de walnoot – we hebben een ‘familieboom’ geplant waarop twee variëteiten zijn geënt. Zolang de boom nog klein is, kunnen rondom de walnoot verschillende soorten bessen groeien.
Op meerdere plekken staan verschillende soorten olijfwilg (Elaeagnus) die naast dat ze eetbare vruchten dragen ook stikstofbinders zijn en daarmee ook deels voor de bemesting van andere planten kunnen dienen.
Elk jaar ontginnen we een strook grond tussen de fruitbomen en struiken door er karton op te leggen. Daarna wordt er een gevarieerde kruidlaag aangeplant met vaste groentes, kruiden en anderszins nuttige planten.
Hier en verslag in beelden van de ontwikkelingen in 2016 per maand en hier van 2017.
